Een verslaggever van de guardian schreef een stukje over zijn ervaringen met een sesshin. Het stilte betrachten, onderricht over het opheffen van 'dukkha'. Na een weekendje was hij er toch niet over uit: is "boeddhisme door westerlingen" niet te zelf-gericht?
Het valt me op hoe hij westers boeddhisme in de lijn van modernisme zet. Het belooft een oplossing voor het moderne probleem van het zelf dat niet meer weet wat het met zichzelf aan moet: Wat is z'n plekje? Hoe maakt het 'echt' contact met anderen? Wat is het voor zichzelf? Daar komt populair westers boeddhisme: Het zelf is een illusie! Zie dat in en je vragen blijken onzin. Het geeft niet alleen een 'antwoord' maar lijkt stiekem toch ook op modernisme: Beide zoeken het afschudden van illusies, diep diep zelf-inzicht, naar vrijheid. Dat zijn dingen die ons aanspreken! En ja, je moet het zelf doen, niemand anders kan het voor je doen. Hmm, sta je er dan toch weer alleen voor? Maar dan ook nog eens zonder eigen zelf? Maar snel weer mindful aan de afwas of dat drukke hoofd stil mediteren.
Een ander opvallend punt is z'n nostalgische blik naar het goeie-oude christendom: Daar is dat zelf-geneuzel toch een stuk minder. Meer op God gericht en op de ander. Hoe doen ze dat toch? God trekt je uit jezelf (om maar even bij de 'zelven' te blijven). Maar ja, tegenwoordig zit god-in-je-hoofd.
Ik denk (hoop) dat zen in het westen iets verfijnder is dan hierboven geschetst. Zen zoals ik het heb leren kennen belooft niks en de zin ervan is steeds weer zoeken. Wat dat betreft is het bijna als het leven zelf. Misschien dat het je uitnodigt om alles op 'ware grootte' te zien. En ja kijk zelf dan maar hoeveel je moet neuzelen met jezelf.
op guardian.co.uk via nouslife
Geen opmerkingen:
Een reactie posten